2011 Mama ik zie een Leeuw

2011 Mama ik zie een Leeuw

De aanleiding voor deze kunstopdracht is de herinrichting van het stationsgebied in Duiven. Met de voorgenomen herinrichting zal deze entree van de gemeente Duiven ingrijpend veranderen. Het nieuwe ontwerp voorziet in een royaal en overzichtelijk plein dat zich aan beide zijden van het spoor uitstrekt. De invulling gebeurt volgens de ‘shared space‘ gedachte; waar voorheen een verkeerstechnische invulling van het gebied de overhand had, ontstaat een gebied waarin de gebruikers op voet van gelijkwaardigheid de ruimte delen.

Zowel de architecturale elementen uit het ontwerp voor het plein als de aard en het functioneren van de nieuwe beoogde ruimte, zijn voor ons het vertrekpunt. In ons ontwerpvoorstel benadrukken wij het karakter van de nieuwe ruimte als entree van de gemeente en we maken een invoelbare verbinding tussen de noord- en zuidzijde van het plein.

uitnodigend en monumentaal, die met trage treden een belangrijk deel van het plein vult. Een plein met een dergelijke trappartij is van een klassiek stedelijke allure. Dat is ook de toon die hier in de architectuur doorklinkt. Wij reageren hier op door het plein met een even klassiek pleinfiguur te complementeren: de leeuw.

Bij een plein, poort of entree past de figuur van een leeuw. Hij is als een wachter, die je uitnodigend ontvangt als je aankomt en je nakijkt als je vertrekt. De leeuw is van gegoten brons; een rijk en tijdloos materiaal, dat zorgt voor een monumentaal beeld. Door het patineren van de bronzen huid krijgt het beeld een doorleefde uitstraling.

Stedelijke trappen

Hoewel het spoor het gebied in tweeën deelt is in de nieuwe situatie duidelijk sprake van een plein. Aan de noordkant van het spoor, aan de zijde van het centrum, is het grootste deel van het plein gesitueerd. Prominent in het ontwerp is hier de trappartij die vanaf het hoger gelegen station toegang geeft tot het plein. Het is het eerste wat in het oog springt en indruk maakt; een royale weidse trap.

Shared Space

De monumentaliteit van de trappen zien wij weerspiegeld in de allure die de leeuw zal hebben. Er is echter meer nodig dan een fraai plaatje. Onze leeuw past daarom ook in de ‘shared space’ gedachte. Door een geheel ‘open’ situatie aan te bieden, worden de gebruikers van de ruimte als vanzelfsprekend aangesproken op een eigen verantwoordelijkheid en een zekere mate van zelfregulatie. Door met een subtiele inrichting de routing over het plein te sturen en door een andere sfeer te creëren wordt de dynamiek en het hectische uit de situatie te gehaald. Door die sfeer van rust en ruimte verlaagd het tempo en ontstaat de aandacht die nodig is. Aandacht voor elkaar, zodat iedereen zich bewust is dat dit een gedeelde ruimte is en dat de (verkeers)rechten voor alle gebruikers gelijk zijn.

Beedltaal

Het beeld van de leeuw zoals wij dat voorstellen, werkt doelbewust mee aan de juiste sfeer en uitstraling voor de ‘shared space’ gedachte. Onze mannetjesleeuw ligt uiterst ontspannen met z’n voorpoten op een bankje. Zijn achterlijf ligt op één heup gedraaid op de grond. Volkomen in rust en met de ogen vrijwel gesloten ligt hij een beetje weg te doezelen. Ondanks dat is het een trotse en zelfbewuste pose en ligt hij te pronken met zijn schoonheid en Koninklijke uitstraling. Alles wat er om hem heen gebeurt is ondergeschikt aan zijn eigen moment van welbevinden. Het is een leeuw van deze tijd, cartoonachtig, met heldere contouren en een zekere aaibaarheidsfactor. Tegelijk zijn er in ritme, plasticiteit en volume voldoende stijlkenmerken van klassiek beeldhouwen te herkennen.

Iedereen weet dat je bij een echte leeuw altijd moet opletten. Ook bij onze leeuw zitten er onderhuids elementen die kunnen duiden op gevaar; op zijn lome poezelige poten is nog steeds de aanzet van enorme klauwen zichtbaar en zijn staart is niet voor niets lichtjes omhoog gericht als teken van opmerkzaamheid. Het is de taal van dit plein, de taal die hoort bij ‘shared space’ waarin je rekening houdt met elkaar, en het is de lichaamstaal in ons beeld. Het is een taal die iedereen spreekt.

Mama ik zie een leeuw

Niets leuker dan een kind dat nog aan de hand van zijn ouders bij aankomst in Duiven van verrassing uitroept: ‘Mama, ik zie een leeuw!’ De uitroep kan echter ook gelden voor de tweede figuur in ons beeldvoorstel. Die tweede figuur bevindt zich op het andere deel van het plein, aan de zuidkant van het spoor. Daar komt, zittend op een bankje, een licht aluminium beeld van een jong hert. Als het hertje de leeuw in zicht krijgt zou het dezelfde uitroep kunnen doen. Wij plaatsen beide beelden in elkaars blikveld. Daarmee ontstaat niet alleen een zichtlijn, maar ook een daadwerkelijke verbinding tussen de beide pleindelen aan weerszijden van het spoor.

Het hertje is een ‘bambi’ look-a- like. Hij zit parmantig rechtop op zijn achterpoten en met zijn voorpoten gestrekt, duwt hij zich nieuwsgierig omhoog. Het is een speelse, wat onhandige houding, zoals jonge dieren vaker een beetje klunzig kunnen overkomen. Het is vooral ook een ontspannen pose. Hij is zeker niet bang, eerder verbaast en verrast en dat terwijl hij wel oog in oog staat met een leeuw. Hij weet zich veilig op zijn plek, houdt de leeuw in de gaten, maar koketteert ook een beetje met die grote figuur op het andere plein.

Hoewel de relatie tussen een leeuw en een hert van nature spannend is, zorgen ze er op deze locatie juist voor dat de verbinding tussen beide pleinen tastbaar en duidelijk wordt. Beide figuren delen namelijk dit plein, hun leefomgeving, op een ontspannen en vanzelfsprekende manier. Dat is ook de manier waarop dit plein moet gaan functioneren: ‘shared space’.

In een verkeersituatie is in zekere mate altijd de factor gevaar aanwezig; ‘Pas op, er kan nog een trein komen!’ In ons beeld wordt dit vooral geduid in de figuur van de leeuw. Het hertje staat meer voor het kleine en kwetsbare.

In dit ontwerpvoorstel zijn wij begonnen bij het plein als entree van de gemeente Duiven. De beelden die wij voorstellen zullen de uitstraling van die entree mede bepalen. Wij denken dat de karakters die wij voorstellen op een heel natuurlijke en vanzelfsprekende manier hun plek in de ruimte zullen veroveren. Die hechting is er ook in de beeldvorming bij mensen. In de loop der tijd raken de karakters steeds meer verbonden met elkaar, maar vooral ook met de plek. De leeuw en het hertje worden daarmee iconen van de gemeente Duiven; visuele ankers in tijd en ruimte.

Wij hebben gekozen voor twee eenduidige beeldelementen. Twee heldere elementen in de taal van de verbeelding, die zich onderscheiden van de formele elementen in het pleinontwerp. Door onze vormentaal ontstaat geen vertroebeling in het pleinbeeld en blijft het benodigde overzicht en sturing in de inrichting behouden.

Ook het materiaalgebruik in de beelden is onderscheidend. De leeuw, we noemen hem ‘Marco’, is van gegoten brons en voorzien van een klassiek groenig patina. Daarmee krijgt hij een doorleefde en wereldse uitstraling. Het hertje laten we in aluminium gieten en daarna licht zandstralen. Dit beeld is dan niet alleen fysiek licht, maar heeft ook een lichte uitstraling, passend bij het hertje. ‘Hector, son of Betty’ zou dit beeld kunnen heten, want in vormtaal zou de mama van dit beeld ‘Don’t be shy’ kunnen zijn; een eerder door ons gerealiseerd beeld.

  • Project

    2011 Mama ik zie een leeuw

  • Afmetingen / materialisering

    Hoogte 2.20m x lengte 3.50m

  • Opdrachtgever

    Gemeente Duiven , stationsplein Duiven