2023 Eden Campus Windesheim

Kunstwerk voor de Campus Windesheim

Jeroen Everaert/ Mothership heeft ons gevraagd om in opdracht van de gemeente Zwolle en Hogeschool Windesheim voor de Campus van Hogeschool Windesheim een kunst- werk te ontwerpen.
Er is met Jeroen Everaert ter plekke op de Campus een uitgebreide briefing over deze op- dracht geweest en wij hebben daarna de locatie nog verschillende keren bezocht. Samen met het opdrachtdocument van Mothership en de voorlopige ontwerpschets van Copijn landschapsarchitecten zijn wij op deze manier breed geïnformeerd.Er is daardoor bij ons een goed beeld van wat er bij deze opdracht speelt. Wij zien daarin

een veelzijdige vraagstelling, omdat er in onze ogen niet een enkel aspect is die de boventoon voert, maar meerdere aspecten een rol spelen op verschillende niveau’s.Wat er speelt is onder andere – het Engelenpad – de ontwikkeling van de stad en de verbining met de IJssel – de identiteit van de Hogeschool Windesheim (waar zij voor staan en wat zij uit willen dragen) – de locatie zelf en hoe de kunsttoepassing aan kan sluiten bijn de individuele beleving van studenten, mede- werkers en bezoekers. Met het beeldvoorstel dat wij hier presenteren denken wij antwoord te geven op al die aspecten.

 

Context

Één van de eerste zaken die in het opdrachtdocument wordt genoemd is dat de Campus en deze kunsttoepassing onderdeel zijn van het Engelenpad.
Hier ontmoeten de symboliek van het Engelenpad en de waarden van Windesheim elkaar letterlijk. In onze ogen refereert het Engelenpad aan het levenspad dat wij allemaal bewandelen. De symboliek van het Engelenpad zien wij als een representatie die zich richt op een hogere waarde in het leven, het streven naar een betere wereld en spirituele verdieping.
Hier ligt wat ons betreft ook de verbinding met de kernwaarden die Hogeschool Windesheim uit wil dragen. Dit verlangt een uitstraling die boven het alledaagse uitstijgt. Wij denken dat hier ook de vraag naar een groots gebaar zichtbaar moet zijn en dat daarin de impact van deze kunstopdracht de locatie van de Campus overstijgt.
Het is met deze ambitie waarmee wij dit beeldvoorstel doen.

 

Context ( vervolg)

Voor de Hogeschool Windesheim staat de ontwikkeling en de aandacht voor de individuele student centraal. Daarom willen wij in het grootse gebaar waar we eerder over spraken ook een klein gebaar zichtbaar laten zijn. Omdat een groots gebaar misschien wat afstand creëert en een klein gebaar meer nabijheid.

En als dit kleine gebaar vol is van zorg en aandacht, dan is dat de waarde waar Windesheim voor staat; ‘dichter bij jou’ is de belofte!
In het verbeelden en materialiseren van dit kleine gebaar zien wij het moment waarin studenten, me- dewerkers en bezoekers zich met het kunstwerk kunnen verbinden. Dat is waar wij naar streven.Een kunstwerk in de openbare ruimte beïnvloed altijd de ruimtelijke kwaliteit van een locatie. Nu is Hogeschool Windesheim volop bezig om die openbare ruimte te transformeren door in belangrijke matedie ruimte te vergroenen en te verzachten.

Het ontwerp van de landschapsarchitect is een aanzet voor een centrale ontmoetingsplek die ervaren kan worden als een binnentuin.
In ons beeldvoorstel sluiten wij aan bij die ontwikkeling. Wij willen door maatvoering, maar zeker ook door de aard en het karakter van ons voorstel, de intimiteit die bij een bin- nentuin hoort versterken en de anonimiteit (die zo vaak aan een openbare ruimte kleeft) verminderen.
Onze manier van werken is als het vertellen van een verhaal en dit zijn de basis ingredienten van ons voor de Campus. Uiteraard zijn er in de details van de uitvoering nog meer elementen te ontdekken die betekenis geven aan het beeld en z’n omgeving.

 

Beeldvoorstel

Ons beeldvoorstel is een enkele monumentale sculptuur. Een figuur zittend op z’n knieën in de tuin. Het is een beeld van formaat dat ook in deze zittende houding ruim boven de vijf meter uit komt.
Hoe groot het beeld ook is, deze figuur heeft het tengere lichaam van een jongen van een jaar of acht. Hij zit hier met ontbloot bovenlijf, blote voeten en alleen een lange werkbroek aan. Hij nijgt met z’n lichaam een beetje naar rechts waardoor hij net iets meer op z’n rechter onderbeen en voet zit. Z’n hoofd is licht gebogen en het bovenlichaam komt ook wat naar voren. De armen heeft hij half gestrekt naar voren en tussen z’n handen omvat hij voorzichtig een bijzonder boompje.

De wortels van het boompje steunen op de palm van de linker hand en met de rechterhand houdt de jongen het boompje bij de stam in evenwicht en op z’n plaats. De kroon van het boompje steekt net boven de handen uit. Dit boompje is in z’n geheel opgebouwd uit een verzameling bolletjes van verschillende grootte. In de wortels en de stam zijn de bolletjes compact samengevoegd. De structuur in de kroon is anders. Hier zijn de bolletjes met elkaar verbonden door dunne verbindingsbuizen. Daardoor is er afstand tussen de bollen en ontstaat een open kroonachtige structuur.

In het centrum zijn de bollen groter en naar de uiteinden van de ‘tak’ zijn ze kleiner en fijner. De kroonstructuur oogt hierdoor als een 3d model van een molecuul. In de handen van de jongen is het een klein boompje, maar in aanleg toont het al wel de kenmerken (wortels, stam en kroon) van een volwassen boom.

Het hoofd van onze figuur, z’n gezicht en met name de haardos, bestaat voornamelijk uit een ver- zameling stompjes, als geknotte takken op een stam van een boom.
En hoewel onze figuur niet echt een gezicht heeft kijkt hij geconcentreerd en aandachtig naar het boompje. Daar ligt de focus, ook in lichaamstaal is alle aandacht bij het boompje. Eigenlijk zien we een verstild moment in een handeling, waarbij de jongen op het punt staat zijn bijzondere boompje aan deze tuin toe te voegen.

 

‘Eden’

‘’ Zwolle, Stad vol Engelen “, dat is de slogan van de stad voor de komende jaren.Daarin past het realiseren van het Engelenpad en kunnen we van Engel naar Engel.
Een bijdrage leveren aan het Engelenpad betekent voor kunstenaars een rechtstreekse uitnodiging om een geheel eigen interpretatie en uitdruk- king aan het engelachtige te geven, zoals dat in de symboliek van het Engelenpad besloten ligt.

Dat doen wij dan ook met dit beeld. Dit is onze Engel en hij is een tuinman. Een jonge prille tuinman die aan het werk is en zorg draagt voor zijn tuin. Een wereld die hij probeert vorm te geven. Deze tuinjongen heet Eden en dat is tegelijk ook de titel van dit kunstwerk.

Natuurlijk is er de verwijzing naar de Hof van Eden, de paradijstuin en Gods geschenk aan de eerste mens. In de Bijbelvertelling is die paradijs- tuin voor de mens verloren gegaan.
In onze interpretatie is dat paradijs er nog steeds, we wonen er eigenlijk al. Dat we het niet zien als paradijs en er geen verantwoordelijkheid voor willen nemen, dat is misschien wel de echte reden waarom we zeker in de huidige tijd- engelen nodig hebben! In dit beeld is die Engel aanwezig en is hij aan het werk, misschien wel om het verloren paradijs te herstellen.

 

‘Gebaar’

Dit beeldvoorstel, deze figuur, is groots van formaat en zeker als je er vlak bij staat bijzonder imponerend.
In zijn grootsheid en aanwezigheid is het stoer, prikkelend, uitdagend en ver uitstijgend bo- ven de alledaagse werkelijkheid. Hoewel het een rijk beeld is, zit er ook een eenvoud in die uitstraling. Dat komt doordat alles in het beeld zich concentreert op één enkele handeling: het planten van een boompje.

Een liefdevol en in zekere zin ook teder gebaar. Eden, onze jonge tuinman, doet dat vol aan- dacht en concentratie, zichtbaar in de wijze waarop hij uiterst voorzichtig met zijn handen dit boompje omvat. Hij koestert dit boompje. Wij zien dat Hogeschool Windesheim met die- zelfde zorg en aandacht zijn studenten wil benaderen en hen een plek wil bieden om zich te ontwikkelen.

Overigens is het planten van een boom van oudsher een gebruik om belangrijke gebeurtenis- sen in het leven te markeren. De boom heeft als zodanig ook symbolische waarde, de levens- boom die staat voor levenskracht ,groei en ontwikkeling. Hetgeen Hogeschool Windesheim ook voor z’n individuele studenten mogelijk wil maken.

Ontmoetingsplek

Door de transformatie van de openbare ruimte zal deze ontmoetingsplek zich meer voordoen als een binnentuin en dit beeld bevestigd en beïnvloed dat. Ook hoe de openbare ruimte in maatvoering ervaren wordt, zal door dit beeld veranderen. Door het formaat en de positionering van het beeld, zal het vanuit verschillende zichtlijnen de aandacht vangen. Het is een focuspunt in de ruimte waar de aandacht naar toe zal trekken.

Het beeld markeert de plek en biedt daardoor oriëntatie en overzicht. Dat maakt de openbare ruimte voor het oog beheersbaar en meer uitnodigend. In het ver- lengde hiervan zal de monumentaliteit van het beeld -vijf meter plus is
toch bijna twee standaard bouwlagen hoog – ook de schaal van de gebouwde omgeving relativeren.

Dat zal een beter gevoel van intimiteit geven en dat past goed bij een ontmoeingsplek waar je graag wilt verblijven.
Bovendien voegen wij met Eden, onze tuinjongen, een uitgesproken karakter toe aan de locatie. Deze plek wordt een beetje zijn tuin en hij zit hier altijd. Die identiteit straalt over naar deze ontmoetingsplaats en die wordt daardoor in de beleving minder anoniem.